De scheiding tussen EA Sports en FIFA is een uitgemaakte zaak, beide partijen willen hun eigen voetbalsimulaties op de markt brengen. Maar naar wie zullen de felbegeerde licenties gaan?
Het is iets meer dan een week geleden dat EA Sports en FIFA aankondigden hun samenwerking te willen beëindigen. FIFA 23 zal het laatste gezamenlijke spel zijn van de Canadese uitgever in samenwerking met de wereldbond. In de loop van de aankondiging, heeft laatstgenoemde ambitieuze plannen van zijn eigen en wil een directe concurrent van de “EA SPORTS FC” games van EA worden.
Met deze competitie komt ook een strijd om de licentierechten voor grote competities, clubs en spelers. Deze zijn niet, zoals wellicht wordt aangenomen, in handen van de wereldbond FIFA. In plaats daarvan kunnen liga’s en clubs hun eigen marketingrechten bepalen, terwijl de belangen van individuele spelers worden behartigd door de spelersvakbond FIFPRO.
EA begint met een voorsprong
Of FIFA of EA het uitgebreidere pakket rechten kan bemachtigen, is nog maar de vraag. Gesplitste licenties zijn natuurlijk ook mogelijk. Zo kent de DFL verschillende pakketten toe voor verschillende soorten wedstrijden. De licentie voor wedstrijdsimulaties blijft in handen van EA, dat zijn partnerschap met de DFL eerder dan gepland in 2020 heeft verlengd.
Kort na de scheiding van de twee partners gaven verschillende internationale topclubs echter een duidelijk statement af: “We’re in The Club”, was de boodschap op sociale media van Borussia Dortmund, Liverpool, Real Madrid, stadsrivalen Atletico, Tottenham en Manchester City. Mogelijk een vroege tegenslag voor de FIFA.
Volgens EA zijn er reeds overeenkomsten met verschillende clubs en liga’s over een langere samenwerking na het begin van het nieuwe tijdperk. Daartoe behoren de Premier League, de Bundesliga, La Liga en ook de UEFA, die de licenties voor de Europese competities in handen heeft. Intussen is er nog geen informatie over mogelijke licentierechten voor FIFA 24, de eerste voetbalsimulatie van de gelijknamige vereniging.