Formule 1 volgt tal van westerse bedrijven en snijdt alle banden met Rusland door, stopt nu ook het tv-contract met Match TV
Na een aanvankelijk aarzelend standpunt, laat de Formule 1 nu een duidelijke voorsprong zien in de Rusland-kwestie. Eerst werd de Grand Prix in Sochi geannuleerd voor 2022 en vervolgens ook voor de daaropvolgende jaren (in Sint-Petersburg), en vervolgens werd besloten dat Russische coureurs alleen nog onder een neutrale vlag zouden mogen deelnemen.
Het Haas-team beëindigde de samenwerking met Nikita Masepin, die inmiddels ook – geheel onafhankelijk van de Formule 1 – op de sanctielijst van de EU is geplaatst omdat hij ervan wordt beschuldigd het beleid van de Russische president Vladimir Poetin direct of indirect te steunen. Masepin mag de EU dus niet meer in en al zijn tegoeden in EU-landen zijn bevroren.
Nu komt de Formule 1 opnieuw in actie en beëindigt ook het televisiecontract met de Russische aanbieder Match TV, dat pas in 2020 werd gesloten en tot eind 2023 zou hebben gelopen. F1 TV is met onmiddellijke ingang ook niet langer beschikbaar in Rusland. Dit betekent dat Russische fans niet langer de mogelijkheid hebben om legaal Formule 1 live op televisie te volgen.
Match TV bezit ook rechten op diverse Europese voetbalkampioenschappen. Ook de Engelse Premier League heeft de samenwerking dezer dagen beëindigd. De Spaanse La Liga had vorige week vredesboodschappen uitgezonden op hun feed, maar Match TV censureerde ze en zond ze niet uit.
Het doel van de sancties tegen Rusland is druk uit te oefenen op de regering-Poetin na de militaire invasie in Oekraïne. De Formule 1 is lang niet de enige organisatie die alle banden met Rusland heeft verbroken. Ook bedrijven als McDonald’s, Starbucks en Coca-Cola hebben hun activiteiten in Rusland beëindigd.
Zelfs de auto-industrie heeft intussen gereageerd: Fabrikanten als BMW, Mercedes en Volkswagen hebben hun verkoop en productie in Rusland voorlopig stopgezet, en ook sportartikelenfabrikanten als Adidas, Nike en Puma steunen de sancties, net als techbedrijven Apple, Intel en Microsoft, om maar een paar voorbeelden te noemen.
