Voor Johan Cruyff was hij een van de slechts vier mannen die het waard waren om naar te luisteren als ze het over voetbal hadden. Nu is Wim Jansen overleden.
Wim Jansen heeft misschien ook voor altijd zijn stempel gedrukt op de geschiedenis van het Duitse voetbal – met zijn overtreding op Bernd Hölzenbein, als dat het was, in de Wereldbekerfinale van 1974. Paul Breitner omgezet de strafschop die verschuldigd was, Gerd Müller draaide de wedstrijd om en Duitsland werd wereldkampioen.
Net als in 1974 trok de middenvelder (65 caps voor Nederland) vier jaar later aan het kortste eind in de finale, maar zijn carrière kende veel meer hoogte- dan dieptepunten. Nog voor de zegetocht van rivalen Ajax won Jansen, die zijn club omschreef als “mijn leven”, in 1970 de Europacup voor Kampioenenclubs met Feyenoord Rotterdam.
“Een van de grootste uit onze geschiedenis” werd dinsdag echter niet alleen door Feyenoord betreurd. Jansen zal deze dagen ook in Glasgow herinnerd worden – in ieder geval bij Celtic. Als coach van de “Hoops” was zijn steraanwinst Henrik Larsson, hij had voorkomen dat de toen overmachtige Rangers in 1998 tien kampioenschappen op rij hadden gevierd.
Een van de vier mannen die volgens zijn voormalige ploeggenoot Johan Cruyff het aanhoren waard waren als ze het over voetbal hadden, is 75 jaar geworden.