Hoe Tim Heinemann reageert op de uitspraak van Bernd Schneider dat hij met zijn ogen rijdt en waarom er voor- en nadelen zijn om tegenwoordig een carrière op een simulator te beginnen
Vertrouwt simracer Tim Heinemann bij het besturen van een raceauto op zijn ogen in plaats van op zijn popometer, oftewel het gevoel in zijn bips? Dat beweert althans DTM-legende Bernd Schneider, die de 26-jarige in zijn begindagen ondersteunde. Maar wat zegt Heinemann er eigenlijk zelf over?
“Als dat is wat ‘Mr DTM’ zegt, dan is dat maar zo,” zegt hij relativerend: “Ik denk dat ik een popometer moet hebben gehad, maar er zit wel een kern van waarheid in: natuurlijk heb ik anders leren rijden dan iedereen.”
Heinemann reed al jaren in een racesimulator voordat hij in 2018 zijn eerste ervaring opdeed in een echte racewagen. In 2023 voltooide de tweevoudig DTM Trophy-kampioen vervolgens zijn eerste DTM-seizoen in de Toksport WRT Porsche – en eindigde op sensationele wijze twee keer op het podium tijdens de première
Heinemann: Racen “leert meer in twee dimensies”
“Ik heb geleerd om een racewagen in twee dimensies te besturen – zonder popometer,” verduidelijkt hij, ook al heeft hij het gevoel nu in zijn vijfde echte raceseizoen verworven. Toch “is het anders of je het al tien of vijftien jaar doet of dat je al tien jaar in een tweedimensionale simulator rijdt en het dan eerst moet leren.”
Zijn focus op visuele waarneming is niet altijd een nadeel. “Als je naar de starts en de races kijkt, zou ik zeggen dat mijn race-intelligentie over het algemeen erg goed is,” legt de jongeling uit, die meer duelervaringen in virtuele races heeft gehad dan de meesten. “Ik heb op de simulator heel goed kunnen leren hoe ik racesituaties moet lezen – hoe ik mezelf op de juiste manier moet positioneren. Dat is zeker een van mijn sterke punten.”
Heinemann, die als tienjarige twee kartraces reed maar om financiële redenen overstapte op de simulator, zit nog steeds in de leerfase als het gaat om het voelen van een raceauto. “De aanpak was vanaf het begin anders – en dat draag je natuurlijk met je mee,” geeft hij toe.
Heinemanns motto: “Veel rijden helpt veel”
Wat doet hij om zijn gevoel te verbeteren? “Gewoon rijden”, antwoordt hij. “Ik wil zo veel mogelijk races rijden en genieten van elke racekilometer. Niet vanwege de popometrie, maar veel rijden helpt enorm.”
Hij beschrijft dit aan de hand van een voorbeeld: “Het is net als voetbal. Natuurlijk zijn er mensen die meer talent hebben, maar als iemand zeven keer per week op het veld staat en traint, dan zal hij in geval van twijfel beter zijn dan iemand die helemaal niet traint,” zegt Heinemann, die de afgelopen weekenden deelnam aan de Asian Le Mans Series.