Na een lange nacht in Jeddah maakten de Formule 1-coureurs om 3.00 uur plaatselijke tijd bekend dat ze het raceweekend niet zouden boycotten
De GPDA, de vakbond van Formule 1-coureurs, heeft vrijdagavond intensief overlegd over een mogelijke boycot van de Grand Prix van Saudi-Arabië, maar heeft uiteindelijk besloten het raceweekend toch door te laten gaan, ondanks de bomaanslag op een Aramco-faciliteit in de buurt van het circuit.
GPDA-directeur George Russell ontweek aanvankelijk de vraag of er al dan niet geracet moest worden. Red Bull-teambaas Christian Horner was daarentegen de eerste die tegenover verschillende journalisten bevestigde dat de race zou plaatsvinden (“We zullen racen”). Pas later lekte geleidelijk uit dat naar verluidt alle coureurs ook hadden toegezegd aan de Grand Prix deel te nemen.
Aanvankelijk hadden Stefano Domenicali, CEO van de Formule 1, en Mohammed bin Sulayem, voorzitter van de FIA, op vrijdagavond na de tweede training de voorlopige beslissing bekendgemaakt om het raceweekend door te laten gaan. Dit leek te betekenen dat een mogelijke annulering al van de tafel was.
George Russell kwam samen met McLaren-teambaas Andreas Seidl door de hoofdingang en ging vervolgens naar de controlekamer.
Russell is de enige directeur van de GPDA rijdersbond die dit weekend in persoon aanwezig is. Van Sebastian Vettel is bekend dat hij thuis in Zwitserland zit en voorzitter Alexander Wurz is ook niet ter plaatse.
Anderen hadden op dat moment al besloten Saoedi-Arabië om veiligheidsredenen te verlaten. Bijvoorbeeld, ‘Sky’ pundit Ralf Schumacher, die voor zijn beslissing werd toegejuicht door vele Formule 1 fans.