Het Haas-team zweeft op lucht na de succesvolle start in Bahrein en weet dat de stijging niet mogelijk was geweest met de oude coureurs
De eerdere mediadonderdag was eigenlijk afgeschaft van de kant van de Formule 1, maar twee teams hielden donderdag toch hun vraag-en-antwoordsessies voorafgaand aan de Grand Prix van Saudi-Arabië: Ferrari en Haas.
Ferrari is gewend aan veel vragen; Haas is eerder ongewoon, maar na Kevin Magnussen’s P5 bij de seizoensopener in Bahrein, is het niet verwonderlijk.
Voor Günther Steiner moet het een bevrijdende ervaring zijn geweest om niet te worden ondervraagd over sportieve crisissen, conflicten tussen de coureurs of problemen met sponsors. Zijn meesterplan om 2021 volledig af te schrijven en in plaats daarvan al zijn eieren in de mand van 2022 te leggen, lijkt te hebben gewerkt.
De chauffeurs speelden hierin een doorslaggevende rol. Mick Schumacher kwam louter qua resultaten achter Magnussen te liggen, maar lijkt blij dat hij in de Deen eindelijk een leidende figuur heeft om naar te kijken voor begeleiding. Nikita Masepin was dat niet. Met de Rus, die als moeilijk wordt beschouwd, was de hele dynamiek in het team minder positief.
Vraag aan Steiner: Zou je derde worden in het constructeurs wereldkampioenschap met Masepin? “Wie weet,” wuift hij het weg. “Ik weet het niet, kan daar geen lang antwoord op geven. Het feit dat we Kevin terugbrachten liet zeker zien wat mogelijk is. Ik denk dat zo’n resultaat erg moeilijk zou zijn geweest met Nikita en Mick.”
Dat zou kunnen worden geïnterpreteerd als milde kritiek op de 2021 Haas-coureurs, maar Steiner heeft hen altijd verdedigd. Hij heeft altijd gepredikt dat je van een rookie niet dezelfde prestaties mag verwachten als van doorgewinterde Formule 1-coureurs als Magnussen of Romain Grosjean.
Steiner’s succesvolle start van het seizoen gaat ten onder als olie. Na het verlies van de Russische hoofdsponsor is een dergelijk resultaat nuttig bij het zoeken naar partners. Maar: “Het gaat niet altijd om geld,” zegt hij en wendt zich tot de journalisten: “Jullie denken altijd dat het allemaal om geld draait. Maar voor ons gaat het ook om onze trots. “
Dat is heel belangrijk voor ons,” benadrukt de Zuid-Tiroler. “Ik doe niet alles alleen voor het geld. Je moet het echt willen doen. Omwille van het racen. We houden van racen. Gene Haas was blij en zei tegen me: ‘Günther, je zei dat we terug zouden komen. Ik denk dat we nu terug zijn. “
Voor Steiner gaat het er nu om dat Haas zijn kansen grijpt wanneer die zich aandienen – zoals het team in 2018 lukte, het beste seizoen van het team in de Formule 1 tot nu toe (vijfde in het constructeurswereldkampioenschap). Maar daarvoor moet het tempo van de verdere ontwikkeling wel goed zijn. Iets waar zijn ingenieurs volgens Steiner “absoluut” toe in staat zijn.
Voor een podiumplaats moet je “op het juiste moment op de juiste plaats zijn”, weet hij: “Ik weet niet of we zoveel geluk hebben. Maar als de kans zich voordoet, moeten we er zijn. In de afgelopen twee jaar zijn er een paar podiumplaatsen geweest die je niet verwacht had. Ik zou heel blij zijn als wij hetzelfde konden doen.”
Tot nu toe is Haas niet verder gekomen dan een vierde plaats (Grosjean in Oostenrijk in 2018). In 2021 was een twaalfde plaats van Schumacher tijdens de Grand Prix van Hongarije het beste resultaat van het seizoen. Er zijn vele redenen voor de verbetering van de vorm. Maar een van hen, daar is iedereen het over eens, is de verbeterde Ferrari motor.