Met de 2:1 bij West Ham heeft Eintracht Frankfurt de deur geopend naar de Europa League-finale. Het SGE is echter niet in een staat van euforie geraakt.
Oliver Glasner had niets uitbundigs in zijn stem. Er was niets van euforie, geen spoor van opgetogenheid, ook geen fonkeling in zijn ogen. De coach van Frankfurt wist dat zelfs met de 90 minuten die achter hem en zijn ploeg lagen, ze nog niet klaar waren. Dat Eintracht nog niet is waar het wil zijn.
Maar wat Glasner wel zei, was heel duidelijk hoe groot de trots is op wat zijn Eintracht al heeft bereikt. “Wat veel indruk op me maakte, was hoe we uit de kleedkamer kwamen,” zei de trainer van Frankfurt toen hij donderdagavond laat plaatsnam op het podium in de mediaruimte van het Olympisch Stadion in Londen.
“We spelen uit voor 60.000 toeschouwers en we staan na één minuut met 1-0 voor”, verwonderde Glasner zich, waarna hij terugdacht aan de kwartfinale, toen zijn ploeg in Barcelona al in de vierde minuut de leiding had genomen. In Londen was het doelpunt van Ansgar Knauff een perfect begin – alles wat volgde was pure passie.
Maar Glasner liet objectiviteit prevaleren in het uur van succes. “Het is rust,” benadrukte hij, “we zullen de wedstrijd goed analyseren. Ik denk dat West Ham het ook goed zal analyseren, en dan is het een kwestie van nog een stapje beter gaan om onze droom van de finale echt waar te maken.”
Tenslotte is Sevilla, en niet Londen, de laatste halte op de sprookjesachtige Europese tournee van Frankfurt.
