Frustreus resultaat voor DS-Penske tijdens de eerste Tokio E-Prix met Jean-Eric Vergne en Stoffel Vandoorne buiten de top 10 – kijken naar de toekomst
Het eerste Japanse weekend in de geschiedenis van de Formule E, de eerste Tokyo E-Prix, stelde Jean-Eric Vergne en Stoffel Vandoorne in staat om hun elektrische auto’s van DS-Penske verder te verfijnen. Batterijproblemen ontsierden echter de prestaties van de Frans-Amerikaan in het Land van de Rijzende Zon.
Hoewel de weersomstandigheden aan de vooravond van de race allesbehalve ideaal waren, was de eerste Tokyo E-Prix organisatorisch een succes. De zware regenval, die tegen lunchtijd op vrijdag was gevallen, zette de coureurs alleen maar aan tot voorzichtigheid in de twee vrije trainingen, omdat het stratencircuit nog niet helemaal droog was.
Voor DS-Penske was het niet de regen die problemen veroorzaakte voor Stoffel Vandoorne, maar de accu van zijn elektrisch aangedreven formulewagen. Dit is een onderdeel dat standaard is voor alle Formule E-auto’s en moest worden vervangen vanwege het defect.
Gelukkig brak zaterdag de zon door. Hoewel het circuit tijdens de ochtendtraining op sommige plaatsen nog vochtig was, was de grip veel constanter dan op vrijdag. Daardoor kon de afstelling van de auto’s worden verfijnd.
De twee DS Penske-coureurs, die in de ‘caution mode’ waren, stonden in het midden van de tijdlijsten. Jean-Eric Vergne, die de eerste sector van het circuit nog niet onder de knie had, eindigde de tweede vrije training als P9 en teamgenoot Vandoorne als P11.
In de kwalificatie zaten beide DS E-TENSE FE23’s in Groep B, maar slaagden er niet in om door te dringen tot de kwartfinales. Vandoorne, die nog steeds geplaagd werd door accuproblemen, moest de accu opnieuw laten vervangen
Een race die had kunnen lukken
De twee DS Penske-coureurs begonnen de race op zaterdagmiddag vanaf startplaats 13 (Vergne) en 18 (Vandoorne). Ze wisten dat ze al hun ervaring zouden moeten gebruiken om plaatsen goed te maken. Maar het was niet gemakkelijk om grip te vinden op het hobbelige stratencircuit, waar een slippertje er zelfs toe kan leiden dat de auto’s wegrijden.
Gelukkig is energiemanagement een effectieve hefboom voor degenen die weten hoe ze het op de juiste manier moeten gebruiken. In deze context is het duo van coureur en race-engineer erg belangrijk. Tegen het einde van het eerste derde deel van de race was te zien hoe Vergne wachtte tot de coureurs achter hem hun tweede aanvalsmodus gebruikten voordat hij zelf
Deze strategie wierp zijn vruchten af, want “JEV” kwam binnen bereik van de punten, terwijl Stoffel Vandoorne zich tussen P12 en P17 nestelde. De hoop van de Belg om in de top 10 te eindigen was nog niet vervlogen, vooral omdat er nog steeds een aanvalsmodus was om te gebruiken. Een ongeluk tussen Nyck de Vries (Mahindra) en Lucas di Grassi (Abt-Cupra) leidde echter tot de safety car.
Dit verkleinde alle gaten. De neutralisatie van de race leidde ertoe dat de race met twee ronden werd verlengd. Dit betekende op zijn beurt dat de posities snel werden ingenomen om er zeker van te zijn dat de resterende energie hen naar de finish zou brengen.
Vergne kwam uiteindelijk als elfde over de finish, Vandoorne als zestiende, een frustrerend einde voor DS-Penske en de bevestiging dat de Formule E soms wreed kan zijn.
De double-header op het permanente circuit in Misano (Italië) over twee weken (13/14 april) is de volgende kans voor het team om te laten zien hoe goed het team kan presteren.