Site pictogram Sports of the Day

De vroege Vlahovic en een bolwerk: Juventus herovert de trofee

Juventus Turijn heeft dit jaar in de finale van de Coppa Italia een indrukwekkende prestatie geleverd en Atalanta Bergamo vrijwel geen kans gelaten. Hoofdverantwoordelijk voor de 15e titel van de recordwinnaar: Vlahovic en de verdediging

De favorietenrol op papier was snel vervuld: Atalanta, dat in zijn laatste tien competitieduels slechts één keer was verslagen en ook het grote Liverpool FC in de Europa League of Roma (2:1) in de Serie A had uitgeschakeld in de race om de vijfde en laatste Champions League-plaats, ging met veel zelfvertrouwen deze Coppa-finale in.

En toch was het recordbekerwinnaar Juventus dat zijn stempel drukte op deze finale, die werd gehouden in het Stadio Olimpico in Rome. Met andere woorden, de Turijnse ploeg die al maanden bekend stond om zijn stugge en resultaatgerichte defensieve voetbal.

Vlahovic met de gouden start

De Oude Dame kwam fel uit de startblokken, rende naar voren en hield met spelers als de Ketelaere, Koopmeiners en Lookman bijna zonder uitzondering de Bergamaske aanval onder controle. Alleen die laatste, een ex-Leipzig speler, kon soms zijn tempo opvoeren.

Maar het waren de Bianconeri die de eerste klap van de avond uitdeelden – en met succes: Cambiaso halfvolleyde een mooie doorloopbal uit een draai tegen een Bergamo-defensie die iets te ver naar achteren was geschoven. Vlahovic was er vervolgens doorheen, stond niet buitenspel, gebruikte zijn sterke fysieke spel om zijn tegenstander Hien af te stoppen en rondde koel af voor doelman Carnesecchi om er 1:0 van te maken (4e minuut).

Na een halfbakken poging van Pasalic – Juve-doelman Perin stond paraat (13′) – hield Rabiot zijn voet bij de bal na een doorbraak van Chiesa. Maar ook doelman Carnesecchi stond in de weg. Cambiaso miste zijn doel (39) voordat Bergamo vlak voor rust de beste kans kreeg. Pasalic mocht vrij inschieten, maar Gatti blokte (44′).

Juve weer op voorsprong

Dit was overigens Allegri’s vijfde Coppa-winst, een record in Italië vóór Sven-Göran Eriksson en Roberto Mancini met elk vier.

Mobiele versie afsluiten