Luca Marini met het beste resultaat van alle vier Honda-coureurs in Australië, maar weinig beloning – Johann Zarco verbaast zich over zijn eigen racetempo – Joan Mir boos op Michelin
Voorzichtig optimisme, maar ook kritiek, is te horen vanuit het Honda-kamp na het MotoGP-weekend tijdens de Grand Prix van Australië op Phillip Island. Luca Marini eindigde P10 in de sprint op zaterdag. Het was de eerste top 10-klassering op de RC213V voor de Italiaan, die sinds het begin van het jaar voor het Honda-fabrieksteam rijdt. Helaas voor Marini levert de puntensleutel voor de sprints geen WK-punten op voor P10.
In de Grand Prix van zondag was het opnieuw LCR-rijder Johann Zarco die het beste resultaat boekte onder de vier Honda-rijders. De Fransman eindigde als P12 na een start vanaf P14.
“Het tempo was indrukwekkend”, zei Zarco en verwonderde zich: ”Ik kon niet geloven wat ik op mijn dashboard zag. Maar ik reed bijna elke raceronde onder de 1:29 minuten. Ik concentreerde me op zo constant mogelijk rijden en probeerde de jongens voor me bij te houden.”
De LCR Honda-coureur herinnert zich zijn race in detail: “Raul [Fernandez] haalde me in, hij was gewoon sneller. “Toen Jack [Miller] me ook passeerde, kon ik bij hem blijven. Samen haalden we Quartararo in.”
Zowel Miller als Zarco passeerden de Yamaha-coureur, die in de beginfase van de Australische Grand Prix opnieuw werd geplaagd door het probleem dat de banden niet opwarmden zoals gewenst. Quartararo kampte drie weken eerder in Indonesië al met precies hetzelfde probleem.
Zarco vervolgt de beschrijving van zijn eigen race op Phillip Island: “Nadat ik Quartararo was gepasseerd, wilde ik een gat op hem slaan en bij Jack blijven. Maar toen kwam Quartararo terug. Dat was erg indrukwekkend. Hij wist mij en Jack weer in te halen. En toen haalde hij ook Raul Fernandez in.”
Quartararo eindigde op P9 op de Yamaha, Fernandez op P10 op de Trackhouse Aprilia zonder vleugel, Miller op P11 op de KTM en Zarco op P12 op de LCR Honda. “Helaas kon ik niet beter doen dan mijn 1:28,7 tijden, maar ik ben tevreden,” vatte Zarco samen.
Ons racetempo was echt indrukwekkend. We moeten niet vergeten dat het er een paar maanden geleden nog naar uitzag dat we niet in dezelfde categorie zouden zitten als de anderen. Nu racen we met hen. En zelfs op ‘Pecco’ [Bagnaia] verloor ik deze keer maar tien seconden. Dat is positief,” benadrukte Zarco.
Luca Marini, die zondag op P14 eindigde, sprak ook van een “bevredigend weekend” en “een ongelooflijk tempo in de race”. De Honda-fabrieksrijder wijt het feit dat hij niet meer dan twee kampioenschapspunten kon scoren aan de hectische startfase. Hij was gestart vanaf P13 en daarmee voor Zarco.
“De start was een beetje chaotisch. Ik verloor een paar posities omdat ik naar de buitenkant werd geduwd. En omdat het even duurde voordat de linkerkant [van de achterband] op temperatuur was, kon ik niet vanaf de start aanvallen”, zei Marini.
“Zodra de achterband klaar was, kon ik competitieve rondetijden rijden. Maar op dat moment hadden de anderen al een voorsprong. Desondanks wordt mijn gevoel van race tot race beter. Nu kijk ik echt uit naar de volgende race. Als we kijken naar het totaalplaatje van het seizoen, dan moeten we tevreden zijn met hoe ver we zijn gekomen,” vatte Marini samen.
Takaaki Nakagami kwam zondag ook over de finish op Phillip Island. In zijn geval eindigde hij echter op P18 en dus buiten de punten. Toen hem werd gevraagd wat zijn grootste probleem was, noemde de Japanner een “gebrek aan vertrouwen in de achterband”.
Joan Mir daarentegen had een nulresultaat in Australië. De Honda-fabrieksrijder kwam zondag opnieuw ten val. Op dat moment, het was de voorlaatste ronde, lag hij op de 18e plaats en dus nog voor Nakagami. Mir crashte in bocht 4 toen hij Aprilia-coureur Aleix Espargaro wilde aanvallen.
“Ik was eigenlijk optimistisch voor deze race. Maar helaas was er een probleem met een externe leverancier”, klaagde Mir. Hij doelt niet op een Honda-specifieke onderdelenleverancier, maar op MotoGP-bandenleverancier Michelin. De wereldkampioen van 2020 wil geen details geven: “Politiek gezien is het beste wat ik kan zeggen dat dit probleem onderzocht moet worden.”
