Volgens Mario Andretti vordert het werk gestaag bij de zelf gehoopte nieuwkomer, alsof het team de inzet voor de Formule 1 al had
Ook al wacht Andretti nog steeds op een bevestiging van de FIA dat ze in 2024 als nieuw Formule 1-team mee mogen doen en heeft hij veel tegenwind, Michael Andretti heeft zijn droom en het project geenszins opgegeven. Integendeel: het team werkt onvermoeibaar om op de grid te geraken ondanks alle obstakels.
“We geven echt ons best, elke dag”, benadrukt Mario Andretti, de vader van teambaas Michael Andretti, tegenover ‘Sky’. Volgens hem werkt het team elke dag aan de officiële toezegging. “En we gaan door alsof we het al hebben.”
De wereldkampioen van 1978 weet dat zijn zoon hiermee een groot risico neemt omdat er geen garantie is dat hij tot de Formule 1 wordt toegelaten. “Maar zo graag willen we het maken,” zegt hij, en ziet de inspanning als een teken.
Hij blijft hopen dat de FIA het signaal krijgt dat Andretti een serieus project is. De Amerikanen hadden in het voorjaar aangekondigd dat ze in 2024 als onafhankelijk team tot de Formule 1 wilden toetreden en wilden een tijdige toezegging voor hun plannen.
Maar de plannen werden ijskoud ontvangen. De meeste andere teams verzetten zich tegen deelname omdat zij vrezen voor hun deel van de taart, ondanks een vaste toegangsprijs van 200 miljoen dollar die onder de bestaande teams moet worden verdeeld.
En Formule 1-baas Stefano Domenicali had ook herhaaldelijk benadrukt dat de Formule 1 geen extra team nodig heeft en liever vertrouwt op zijn tien bestaande raceteams.
Bij Andretti benadrukten ze dat ze de steun hadden van FIA-president Mohammed Ben Sulayem en gingen ze niet onder de indruk door met hun plannen. Het zou onder andere in augustus beginnen met de bouw van een eigen Formule 1-fabriek in Indianapolis.
“We geven geld uit om de bal aan het rollen te brengen omdat we geloven dat we hopelijk de verbintenis zullen krijgen,” had Michael Andretti in mei gezegd. “We nemen een risico, maar we denken dat het het risico waard is. Want we moeten de bal aan het rollen brengen.”
In dat opzicht lijkt er nog niets te zijn veranderd. Maar het gebrek aan inzet ook niet